Ik denk dat een overeenkomstig beeld ook voor de mens kan gelden. Ieder mens kent moeilijke perioden, waarin je terug wordt geworpen op innerlijke werking. En soms is zo'n periode voltooid. Je voelt het draaien; de nieuwe fase dient zich aan, als logisch gevolg en veruiterlijking van die innerlijke werking. Neem dan geen afstand van dat wat achter je ligt, want juist daarop stoelt het nieuwe. De rijpheid, die tot openheid leidt, plaatst het voorgaande in perspectief, als sublimatie.
Wat ik er (de afgelopen jaren) van begrepen heb, is dat je nooit weg moet kijken van wat voorbij is. In het verleden had ik de sterke neiging om niet om te kijken: altijd alleen 'voorwaarts'. Nu combineer ik die voorwaartse kracht met het doorleefde besef, dat juist de ware verbinding met het voorbije inzicht en balans in zich meedraagt. Deze nieuwe 'zijnswijze' wordt erop gebouwd.
Appels in Kom (Toon Hermans)